Translate

Use Google to translate this website. We take no responsibility for the accuracy of the translation.

Terug naar het overzicht

Minder maaien, maar het moet wel veilig blijven

In deze maanden – en vooral in mei – wordt inwoners gevraagd hun gazon minder of helemaal niet te maaien om de biodiversiteit te bevorderen. Dit initiatief ‘Maai mei niet’ werd vorig jaar in de gemeenteraad besproken en uiteindelijk met een motie aangenomen. De gemeente moedigt inwoners aan om ook minder te maaien en maait ook zelf minder ter bevordering van de biodiversiteit.  

Hoe maait de gemeente?

De gemeente laat het gras groeien op plekken waar dat niet direct hinderlijk en onveilig is. Rondom grasweides wordt een strook intensief gemaaid om overhang richting de weg en stoep te voorkomen. Intensief gebruikte grasvelden, zoals speel- en trapvelden, worden heel regelmatig gemaaid. We noemen dit intensief maaien. Hierdoor blijft het gras goed begaanbaar en functioneel.

Stroken die niet veel worden gebruikt door mensen, zoals bermen en stroken naast oevers, bloemenweides en randzones bij bosplantsoenen worden veel minder vaak gemaaid: zo’n 2 keer per jaar. We houden hierbij rekening met de bloeiperiode van bloemen, zodat deze zaden kunnen verspreiden. Dit noemen we extensief maaien.

Wel houden we rekening met de verkeersveiligheid. Op gevaarlijke kruisingen en zichthoeken blijft maaien noodzakelijk.

Deze aanpak zorgt voor een veranderend beeld in de openbare ruimte. Dat is voor veel mensen wennen en daar zijn we ons van bewust. Door de randen van de gazons intensief te maaien wordt de overlast beperkt.

Maaien van de wegbermen

Het maaien van de wegbermen buiten de bebouwde kommen is belangrijk voor de verkeersveiligheid. Deze wegbermen maaien we ook 2 keer per jaar. In mei en juni alleen de eerste meter naast de rijbanen en in het najaar ook de delen van de bermen achter die eerste meter. Ongeveer 42% van die wegbermdelen maaien we ecologisch. Dat betekent dat we wisselende stukken van de berm in het najaar bewust niet maaien.

Betere biodiversiteit

Door minder en anders te maaien krijgen we stap voor stap grasweides en bloeiende bermen, dit is goed voor de biodiversiteit. Bloemrijk grasland dat niet vaak gemaaid wordt, is aantrekkelijker voor dieren. Bloeiende planten trekken veel insecten aan, zoals bijen en hommels. Ook zijn veel van de planten geschikt voor vlinders om eitjes op af te zetten. Deze dieren zijn belangrijk voor het natuurlijk evenwicht van de buurt, want een rijk insectenleven trekt ook andere dieren aan zoals vogels, zoogdieren en amfibieën. Dit is in de zomermaanden goed te zien aan het aantal foeragerende vogels en vleermuizen boven dergelijke velden.